Een modern AMD UEFI in vogelvlucht

UEFI BIOS Setup (AMD AM4 Series)

Voorwoord:

Met dank aan Gigabyte, aangezien zij het mij mogelijk maakte om jullie hierover te kunnen vertellen, dit omdat het Copyright (C) op hun AMD 4 series-E handleiding ontbrak, waardoor het voor mij mogelijk was om deze over te nemen naar het Nederlands om hem te behandelen.

Je zult merken dat deze handleiding een flink stuk korter is aangezien ik niet in herhaling wil vervallen over de te maken instellingen zoals reeds uitgebreid besproken in:

De Legacy BIOS van A tot Z.

Je ziet hier dan ook dezelfde instellingen voorbij komen, degene welke nieuw zijn ga ik natuurlijk wel op in.

Veel lees en uitpluis plezier gewenst.

Gerard.

01 Inhoud:

BIOS Setup (AMD AM4 Series) BIOS

Pagina 01 Inhoud

Pagina 02 BIOS Setup

Pagina 03 The Main Menu

Pagina 04 MIT

Pagina 05 Advanced CPU Settings

Pagina 06 System Memory Multiplier

Pagina 07 Case Open

Pagina 08 Fan Stop

Pagina 09 Systeem

Pagina 10 BIOS

Pagina 11 Fast Boot

Pagina 12 Storage Boot Option Control

Pagina 13 Peripherals

Pagina 14 USB Configuration

Pagina 15 AMD CBS

Pagina 16 Chipset

Pagina 17 Display Resolution

Pagina 18 Power settings

Pagina 19 ErP

Pagina 20 Save & Exit

De BIOS-instellingen die in dit gedeelte worden beschreven, kunnen afwijken van de exacte instellingen voor uw computer moederbord. De daadwerkelijke menuopties van de BIOS-instellingen die u ziet, zijn afhankelijk van het moederbord dat u hebt en de BIOS-versie.

– 1 –

BIOS Setup

BIOS-instellingen

BIOS (Basic Input and Output System) registreert hardware parameters van het systeem in de CMOS op het moederbord. De belangrijkste functies zijn onder meer het uitvoeren van de Power-On Self-Test (POST) tijdens het opstarten van het systeem, het opslaan van systeemparameters en het laden van het besturingssysteem, enz. BIOS bevat een BIOS Setup-programma dat dit mogelijk maakt aan de gebruiker om de basisinstellingen van de systeemconfiguratie te wijzigen of om bepaalde systeemfuncties te activeren.

Wanneer de stroom wordt uitgeschakeld, levert de batterij op het moederbord de benodigde stroom aan de CMOS om de configuratie waarden in de CMOS te bewaren.

Om toegang te krijgen tot het BIOS Setup-programma, drukt u tijdens de POST op de [Delete] toets wanneer de stroom is ingeschakeld.

Om het BIOS te upgraden, gebruikt u het hulpprogramma GIGABYTE Q-Flash of @BIOS.

Met Q-Flash kan de gebruiker snel en eenvoudig het BIOS upgraden of er een back-up van maken zonder het besturingssysteem te openen.

@BIOS is een op Windows gebaseerd hulpprogramma dat de nieuwste BIOS-versie van internet zoekt en downloadt en het BIOS bijwerkt .

• Omdat BIOS-flashen potentieel riskant is, moet u, als u geen problemen ondervindt bij het gebruik van de huidige BIOS-versie uw BIOS niet upgraden of opwaarderen. Als u het BIOS wilt flashen, moet u voorzichtig zijn. Onvoldoende BIOS-flash kan tot een systeemstoring leiden.

Het wordt aanbevolen dat u de standaard instellingen niet wijzigt (tenzij dit nodig is) om systeem instabiliteit of andere problemen te voorkomen onverwachte resultaten. Als u de instellingen onvoldoende wijzigt, kan dit ertoe leiden dat het systeem niet meer opstart. Als dit gebeurt, probeer dit dan, wis de CMOS-waarden en reset het bord naar de standaardwaarden. (Raadpleeg het gedeelte ‘Geoptimaliseerde standaardwaarden laden’ in dit hoofdstuk of introducties van de batterij/clear CMOS-jumper in hoofdstuk 1 voor het wissen van de CMOS-waarden.)

Startup Screen

Opstartscherm

Het volgende opstartlogo scherm verschijnt wanneer de computer opstart.

Afb.02 Gigabyte Opstartscherm.png

Wanneer het systeem niet zoals gebruikelijk stabiel is, selecteert u het item Geoptimaliseerde standaardwaarden laden om uw systeem op de standaardwaarden in te stellen.

De BIOS-instellingen menu’s die in dit hoofdstuk worden beschreven, zijn alleen ter referentie en kunnen per BIOS-versie verschillen.

– 2 –

The Main Menu

Het hoofdmenu

Afb.03 Gigabyte Het hoofdmenu.png

Classic Setup Function Keys

Klassieke setup-functietoetsen

◄► Verplaats de selectiebalk om een ​​instellingenmenu te selecteren

▲▼ Verplaats de selectiebalk om een ​​configuratie-item in een menu te selecteren

[Enter] / Dubbelklik op de opdracht Uitvoeren of open een menu

[+] / [Page Up]Verhoog de numerieke waarde of breng wijzigingen aan

[] / [Page Down] Verlaag de numerieke waarde of breng wijzigingen aan

[F1]Toon beschrijvingen van de functietoetsen

[F2]Schakel over naar de eenvoudige modus

[F3] Sla de huidige BIOS-instellingen op in een profiel

[F4]Laad de BIOS-instellingen van een eerder gemaakt profiel

[F5]Herstel de vorige BIOS-instellingen voor de huidige submenu’s

[F7] Laad de geoptimaliseerde BIOS-standaardinstellingen voor de huidige submenu’s

[F8] Toegang tot het Q-Flash-hulpprogramma

[F9]Systeeminformatie weergeven

[F10] Sla alle wijzigingen op en sluit het BIOS Setup-programma af

[F12] Leg het huidige scherm vast als afbeelding en sla het op uw USB-station op

Links [Alt]Toon beschrijvingen van de items

Rechts [Alt] Verlaag de hardware-informatie

[Esc]Hoofdmenu: Sluit het BIOS Setup-programma af.

In een submenu: verlaat het huidige submenu.

– 3 –

M.I.T.
Afb.04 Gigabyte MIT.png

Afb.! Uitroepteken.png

Uitroepteken !: Of het systeem stabiel zal werken met de door u gemaakte overklok / overspanning instellingen is afhankelijk van uw algehele systeem
systeemconfiguraties. Het verkeerd uitvoeren van overklokken/overspanning kan leiden tot schade aan de CPU, chipset of geheugen en verkort de levensduur van deze componenten. Deze pagina is alleen voor gevorderde gebruikers en wij raden u aan dit niet te doen wijzig de standaard instellingen om systeem instabiliteit of andere onverwachte resultaten te voorkomen. (De instellingen zijn onvoldoende gewijzigd kan ertoe leiden dat het systeem niet opstart. Als dit gebeurt, wist u de CMOS-waarden en stelt u het bord terug naar de standaardwaarden.)

►Advanced Frequency Settings 
CPU Clock Control
Advanced Frequency Settings CPU-clock control
Hiermee kunt u de CPU-basis klok handmatig instellen in stappen van 1 MHz.
Belangrijk: Het wordt ten zeerste aanbevolen om de CPU-frequentie in te stellen in overeenstemming met de CPU-specificaties.

Host Clock Value
Hostklokwaarde
Toont de huidige operationele host klokfrequentie.

GFX Clock Frequency
GFX-klokfrequentie (opmerking)
Hiermee kunt u de frequentie voor de GPU wijzigen. Nadat u de instellingen voor de GFX Clock Frequency hebt gewijzigd, maakt u
Zorg ervoor dat u de GFX Core Voltage-instellingen aanpast.
OPMERKING: Het instelbare bereik is afhankelijk van de geïnstalleerde CPU. Met [Auto] wordt het BIOS automatisch ingeschakeld
configureer deze instelling.

GFX Core Voltage
GFX-kern spanning (opmerking)
Hiermee kunt u de spanning voor de GPU wijzigen.
OPMERKING: Het instelbare bereik is afhankelijk van de geïnstalleerde CPU. Met [Auto] wordt het BIOS automatisch ingeschakeld configureer deze instelling.

CPU Clock Ratio 
CPU-klok verhouding
Hiermee kunt u de klok verhouding voor de geïnstalleerde CPU wijzigen. Het instelbare bereik is afhankelijk van de CPU
wordt geïnstalleerd.

CPU Frequency 
CPU-frequentie
Toont de huidige CPU-frequentie.

(Opmerking) Dit item is alleen aanwezig als u een CPU installeert die deze functie ondersteunt.

– 4 –

► Advanced CPU Settings, CPU Clock Ratio, CPU Frequency

CPU Clock Ratio, CPU Frequency
Geavanceerde CPU-instellingen & CPU-klok verhouding, CPU-frequentie.
De bovenstaande instellingen zijn synchroon met die onder dezelfde items in de Advanced Frequency Settings – instellingen menu.

Core Performance Boost
Kernprestatieverbetering (Opmerking 1)
Hiermee kunt u bepalen of u de Core Performance Boost (CPB)-technologie, een CPU, wilt inschakelen
prestatieverhogende technologie.

AMD Cool & Quiet function
AMD Cool&Quiet-functie
►►[Enabled] Ingeschakeld, laat het AMD Cool & Quiet-stuurprogramma de CPU-klok en VID dynamisch aanpassen
verminder de warmteafgifte van uw computer en het energieverbruik ervan.
►►[Disabled] Uitgeschakeld, schakelt deze functie uit.

SVM-modus
SVM-modus
Virtualisatie verbeterd door virtualisatietechnologie zorgt ervoor dat een platform meerdere besturingssystemen kan uitvoeren en toepassingen in onafhankelijke partities. Met virtualisatie kan één computersysteem als meerdere functioneren
virtuele systemen.

PPC Adjustment
PPC-aanpassing
Hiermee kunt u de PSate van de CPU repareren.

Global C-state Control
Globale C-statuscontrole (Opmerking 1)
Hiermee kunt u bepalen of u de CPU naar de C-status wilt laten gaan. Indien ingeschakeld, de CPU-kern frequentie wordt tijdens de systeem stop status verminderd om het stroomverbruik te verminderen.

Power Supply Idle Control
Inactieve regeling voeding
Schakelt pakket C6-status in of uit.
►►[Typical Current Idle] Typische huidige inactiviteit Schakelt deze functie uit.
►►[Low Current Idle] Lage stroom inactief Schakelt deze functie in.
►►[Auto] Laat het BIOS deze instelling automatisch configureren.

CCD Control
CCD-besturing (opmerking 1)
Stelt het aantal CCD’s in dat moet worden gebruikt.

CCD staat voor Core Chiplet Dies (CCD’s). Een CCD, ook wel een “chiplet” genoemd, is een cluster van acht CPU-kernen die toegang delen tot een gemeenschappelijke L3-cache. Sommige AMD CPU’s, zoals de Ryzen 7 7700X en Ryzen 7 7800X3D, hebben één actieve CCD per fysieke processor.

Downcore Control
Downcore-controle
Hiermee kunt u het aantal CPU-kernen selecteren dat u wilt inschakelen (het aantal CPU-kernen kan per CPU verschillen).
Met [Auto] kan het BIOS deze instelling automatisch configureren.

SMT-modus
SMT-modus
Hiermee kunt u de CPU Simultaneous Multi-Threading-technologie in- of uitschakelen. Deze functie werkt alleen
voor besturingssystemen die de multi-processormodus ondersteunen. Auto laat het BIOS dit automatisch configureren
instelling.

Extreme Memory Profile (X.M.P.)
Extreem geheugen profiel (X.M.P.) (Opmerking 2)
Hiermee kan het BIOS de SPD-gegevens op XMP-geheugenmodule(s) lezen om de geheugenprestaties te verbeteren wanneer
ingeschakeld.
►► [Disabled] Schakelt deze functie uit.
►► [Profiel1] Gebruikt de instellingen van Profiel 1.
►► [Profiel2] (Opmerking 2) Gebruikt Profiel 2-instellingen.

(Opmerking 1) Dit item is alleen aanwezig als u een CPU installeert die deze functie ondersteunt.
(Opmerking 2) Dit item is alleen aanwezig als u een CPU en een geheugenmodule installeert die deze functie ondersteunen

– 5 –

System Memory Multiplier

Systeemgeheugen vermenigvuldiger

Hiermee kunt u het systeemgeheugen vermenigvuldiger instellen. Stelt de geheugen vermenigvuldiger met [auto] in op basis van de geheugen-SPD

gegevens.

Memory Frequency (MHz)

Geheugen Frequentie (MHz)

De eerste geheugen frequentiewaarde is de normale werkfrequentie van het gebruikte geheugen; de seconde is de geheugen frequentie die automatisch wordt aangepast volgens de instellingen van de System Memory Multiplier.

Advanced Memory Settings

Geavanceerde geheugeninstellingen

Extreme Memory Profile (X.M.P.) (Note), System Memory Multiplier, Memory

Frequency(MHz)

De bovenstaande instellingen zijn synchroon met die onder dezelfde items in de Advanced Frequency Settings-instellingen

menu.

Extreme Memory Profile (X.M.P.)

XMP-ondersteuning voor hoge frequenties (Opmerking) 

Hiermee kunt u het compatibiliteitsniveau voor hoogfrequent geheugen selecteren. Dit item kan alleen worden geconfigureerd wanneer

Extreem geheugen profiel (X.M.P.) is ingesteld op [Profiel1] of [Profiel2].

Memory Timing Mode

Geheugen Timing modus

Met [Manual] en Expert kunnen de onderstaande geheugen timing instellingen worden geconfigureerd. Opties zijn: [Auto], [Manual].

Profile DDR Voltage

Profiel DDR-spanning

Wanneer u een niet-XMP-geheugenmodule gebruikt of Extreme Memory Profile (X.M.P.) is ingesteld op [Disabled], wordt de waarde

wordt weergegeven volgens uw geheugen specificatie. Wanneer Extreme Memory Profile (X.M.P.) is ingesteld op

[Profiel1] of [Profiel2], de waarde wordt weergegeven volgens de SPD-gegevens in het XMP-geheugen.

Standard Timing Control, Advanced Timing Control, CAD Bus Setup Timing, CAD Bus

Drive Strength, Data Bus Configuration

Standaard timing controle, geavanceerde timing controle, CAD-bus-setup-timing, CAD-bus

Drive Sterkte, databus configuratie

Deze secties bevatten instellingen voor de geheugen timing. De respectieve schermen voor timing instellingen zijn configureerbaar

alleen als de Memory Timing modus is ingesteld op [Manual]. Let op: Uw systeem kan instabiel worden of niet meer opstarten

nadat u wijzigingen heeft aangebracht in de geheugen timing. Als dit gebeurt, reset dan het bord naar de standaardwaarden door

geoptimaliseerde standaardwaarden laden of de CMOS-waarden wissen.

Advanced Voltage Settings

Geavanceerde spanning instellingen

In dit submenu kunt u de CPU-, chipset- en geheugen spanningen instellen.

PC Health 

Reset Case Open Status

Reset casus open status

►►[Disabled] Bewaart of wist de registratie van de eerdere chassis inbraak status.

►►[Enabled] Wist het record van de eerdere chassis inbraak status en het veld Case Open zal dat doen

toon “Nee” bij de volgende keer opstarten.

(Opmerking) Dit item is alleen aanwezig als u een CPU en een geheugenmodule installeert die deze functie ondersteunt.

– 6 –

Case Open

Toont de detectie status van het chassis inbraak detectie apparaat dat is aangesloten op het moederbord-CI. Als de chassis-kap van het systeem wordt verwijderd, wordt in dit veld ‘Ja’ weergegeven, anders wordt ‘Nee’ weergegeven. Naar wis het status record van de chassis inbraak, stel Reset Case Open Status in op [IEnabled] en sla de instellingen op in de CMOS en start uw systeem opnieuw op.

CPU Vcore/CPU VDDP/DRAM Channel A/B Voltage/+3.3V/+5V/+12V/VCORE SOC

Geeft de huidige systeem spanningen weer.

Miscellaneous Settings

PCIEX16 Slot Configuration

PCI e X16-slots configuratie, hiermee kunt u de werkingsmodus van het PCIE X16-slot instellen op Gen 1, Gen 2, Gen 3 of Gen 4 (Opmerking). [Auto] Het BIOS configureert deze instelling automatisch.

PCIe Slot Configuration

PCIe-slots configuratie, hiermee kunt u de werkingsmodus van de PCI Express-slots instellen op Gen 1, Gen 2 of Gen 3. Werkelijke werking modus is afhankelijk van de hardware specificatie van elk slot. [Auto] laat het BIOS dit automatisch configureren.

PCIe ASPM Mode

PCIe ASPM-modus

Hiermee kunt u de ASPM-modus configureren voor het apparaat dat is aangesloten op de CPU/Chipset PCI Express-bus.

3D Mark 01 Enhancement

3D Mark 01-verbetering, hiermee kunt u bepalen of u bepaalde verouderde benchmarkprestaties wilt verbeteren.

Smart Fan 5

Slimme ventilator 5

Monitor 

Monitor, hiermee kunt u een doel selecteren om te monitoren en verdere aanpassingen maken.

Fan Speed Control

ventilator snelheidsregeling, hiermee kunt u bepalen of u de functie voor het regelen van de ventilatorsnelheid wilt inschakelen en de ventilatorsnelheid wilt aanpassen.

►►[Normal] Normaal: Hiermee kan de ventilator op verschillende snelheden draaien, afhankelijk van de temperatuur. Je kunt deze aanpassen door de ventilatorsnelheid met de System Information Viewer op basis van uw systeemvereisten.

►►[Silent] Stil: Zorgt ervoor dat de ventilator op lage snelheid draait.

[Handmatig] Hiermee kunt u de ventilatorsnelheid in de curve grafiek regelen.

►►[Full Speed] Volle snelheid: Hiermee kan de ventilator op volle snelheid draaien.

Fan Control Use Temperature Input

Ventilatorregeling Gebruik temperatuur invoer, hiermee kunt u de referentietemperatuur voor de regeling van de ventilatorsnelheid selecteren.

Temperature Interval

Temperatuurinterval, hiermee kunt u het temperatuurinterval voor de wijziging van de ventilatorsnelheid selecteren.

Fan Control Mode

►►[Auto] Fan Control-modus [Auto]Laat het BIOS automatisch het geïnstalleerde type ventilator detecteren en de optimale regeling instellen in deze modus.

►►[Voltage] Spanning, de spanning modus wordt aanbevolen voor een 3-pins ventilator.

►►[PWM] De PWM-modus wordt aanbevolen voor een 4-pins ventilator.

(Opmerking) Dit item is alleen aanwezig als u een CPU en een geheugenmodule installeert die deze functie ondersteunt.

– 7 –

Fan Stop

Ventilator Stop schakelt de ventilator stopfunctie in of uit. U kunt de temperatuur limiet instellen met behulp van de temperatuurcurve.

De ventilator stopt met werken wanneer de temperatuur lager is dan de limiet.

Temperature

Temperatuur toont de huidige temperatuur van het geselecteerde doelgebied.

Fan Speed

Ventilator snelheid geeft de huidige ventilator snelheden weer.

Flow Rate

Stroomsnelheid geeft het debiet van uw water koelsysteem weer.

Temperature Warning

Temperatuur waarschuwing stelt de waarschuwingsdrempel voor de temperatuur in. Wanneer de temperatuur de drempel overschrijdt, zal het BIOS een signaal uitzenden gevolgd door een waarschuwingsgeluid. Opties zijn: [Disabled], [60 o C/140 o F], [70 o C/158 o F], [80 o C/176 o F],

[90o C/194o F].

Fan Fail Warning

Waarschuwing voor ventilator storing, hiermee kan het systeem een ​​waarschuwingsgeluid laten horen als de ventilator niet is aangesloten of uitvalt. Controleer de ventilator conditie of ventilator

verbinding wanneer dit gebeurt.

Q-Flash

Q-Flash geeft u toegang tot het Q-Flash-hulpprogramma om het BIOS bij te werken of een back-up te maken van de huidige BIOS-configuratie.

– 8 –

System

Systeem

Afb.09 Gigabyte Systeem.png

In dit gedeelte vindt u informatie over uw moederbord model en BIOS-versie. U kunt ook de standaard selecteren

taal gebruikt door het BIOS en stel de systeemtijd handmatig in.

System Language

Systeemtaal, kies de standaardtaal die door het BIOS wordt gebruikt.

System Date 

Systeemdatum, stelt de systeemdatum in. De datumnotatie is week (alleen-lezen), maand, datum en jaar. Gebruik [Enter] om te wisselen tussen de velden Maand, Datum en Jaar en gebruik de toets [Page Up] of [Page Down] om de gewenste waarde in te stellen.

System Time 

Systeemtijd, stelt de systeemtijd in. Het tijdformaat is uur, minuut en seconde. Bijvoorbeeld 13.00 uur. is 13:00:00 uur. Gebruik [Enter]  Om te schakelen tussen de velden Uur, Minuut en Seconde en gebruik [Page Up] of [Page Down] toets om de gewenste waarde in te stellen.

Access Level 

Toegangsniveau, toont het huidige toegangsniveau, afhankelijk van het gebruikte type wachtwoord beveiliging. (Als er geen wachtwoord is ingesteld, wordt de standaardwaarde weergegeven als [Administrator].) Op het [Administrator] kunt u in alles wijzigingen aanbrengen

BIOS-instellingen; Op het [User] gebruikersniveau kunt u alleen wijzigingen aanbrengen in bepaalde BIOS-instellingen, maar niet in alle.

– 9 –

BIOS 

BIOS

Afb.10 Gigabyte BIOS.png

Boot Option Priorities

Opstartoptie Prioriteiten

Specificeert de algemene opstartvolgorde vanaf de beschikbare apparaten. Verwisselbare opslagapparaten die GPT formaat ondersteunen wordt voorafgegaan door de tekenreeks “UEFI:” in de lijst met opstartapparaten. Om op te starten vanaf een besturingssysteem dat GPT-partitionering ondersteunt, selecteer het apparaat voorafgegaan door de tekenreeks “UEFI:”.

Of als u een besturingssysteem wilt installeren dat GPT-partitionering ondersteunt, zoals Windows 10 64-bit, selecteer het optische station dat de Windows 10 64-bits installatieschijf bevat en wordt voorafgegaan door “UEFI:” string of de “UEFI” tekst.

Hard Drive/CD/DVD ROM Drive/Floppy Drive/Network Device BBS Priorities 

BBS-prioriteiten van harde schijf/cd/dvd-rom-drive/disk drive/netwerkapparaat

Specificeert de opstartvolgorde voor een specifiek apparaattype, zoals harde schijven, optische stations, diskettestations,

en apparaten die de functie Boot from LAN ondersteunen, etc. Druk op <Enter> bij dit item om naar het submenu te gaan

presenteert de apparaten van hetzelfde type die zijn aangesloten. Dit item is alleen aanwezig als er minimaal één apparaat is

voor dit type is geïnstalleerd.

Bootup Num Lock State 

Num Lock status opstarten schakelt de Num Lock functie op het numerieke toetsenbord in of uit na de POST.

Security Option

Beveiligingsoptie, geef aan of er elke keer dat het systeem opstart een wachtwoord vereist is, of alleen wanneer u BIOS Setup opent.

Nadat u dit item hebt geconfigureerd, stelt u het wachtwoord in onder het item Beheerderswachtwoord  / Gebruikerswachtwoord.

►►[Setup] Een wachtwoord is alleen vereist voor toegang tot het BIOS Setup-programma.

►►[System] Er is een wachtwoord vereist voor het opstarten van het systeem en voor toegang tot het BIOS Setup programma.

Full Screen LOGO Show 

Met LOGO show op volledig scherm, hiermee kunt u bepalen of het GIGABYTE logo moet worden weergegeven bij het opstarten van het systeem. Uitgeschakeld staat het GIGABYTE logo niet op u scherm wanneer het systeem opstart.

– 10 –

Fast Boot

Snel opstarten

Schakelt Fast Boot in of uit om het opstartproces van het besturingssysteem te verkorten. Ultra Fast biedt de snelste opstarttijd snelheid.

SATA Support 

SATA-ondersteuning

►►[All SATA Devices] Alle SATA-apparaten Alle SATA-apparaten zijn functioneel in het besturingssysteem en tijdens de POST.

►►[Last Boot HDD Only] Alleen laatste opstartschijf Behalve de vorige opstartschijf zijn alle SATA-apparaten vóór het besturingssysteem uitgeschakeld het opstartproces is voltooid.

Dit item kan alleen worden geconfigureerd als Fast Boot is ingesteld op [Enabled] of [Ultra Fast].

NVMe Support 

NVMe-ondersteuning

Hiermee kunt u NVMe-apparaten in- of uitschakelen.

Dit item kan alleen worden geconfigureerd als Fast Boot is ingesteld op [Enabled] of [Ultra Fast].

VGA Support 

VGA-ondersteuning

Hiermee kunt u selecteren welk type besturingssysteem u wilt opstarten.

►►[Auto] Schakelt alleen de oudere optie-ROM in.

►►[EFI Driver] EFI-stuurprogramma schakelt EFI-optie-ROM in.

Dit item kan alleen worden geconfigureerd als Fast Boot is ingesteld op [Enabled] of [Ultra Fast].

USB Support 

USB-ondersteuning

►►[Disabled] Uitgeschakeld, alle USB-apparaten worden uitgeschakeld voordat het opstartproces van het besturingssysteem is voltooid.

►►[Full Initial] Volledige initialisatie, alle USB-apparaten zijn functioneel in het besturingssysteem en tijdens de POST.

►►[Partial Initial] Gedeeltelijk initialisatie, een deel van de USB-apparaten wordt uitgeschakeld voordat het opstartproces van het besturingssysteem is voltooid.

Dit item kan alleen worden geconfigureerd als Fast Boot is ingesteld op [Enabled]. 

Deze functie is [Disabled] uitgeschakeld indien Fast Boot op [Ultra Fast] Ultrasnel staat ingesteld.

PS2 Devices Support 

PS2-apparaten Ondersteuning

►►[Disabled] Uitgeschakeld, alle PS/2-apparaten worden uitgeschakeld voordat het opstartproces van het besturingssysteem is voltooid.

►►[Enabled] Ingeschakeld, alle PS/2-apparaten zijn functioneel in het besturingssysteem en tijdens de POST.

Dit item kan alleen worden geconfigureerd als Fast Boot is ingesteld op [Enabled]. Deze functie is uitgeschakeld als Fast Boot is ingesteld op [Ultra Fast].

NetWork Stack Driver Support 

Ondersteuning voor Netwerk Stack stuurprogramma’s

►►[Disabled] Uitgeschakeld, schakelt het opstarten vanaf het netwerk uit.

►►[Enabled] Ingeschakeld, schakelt het opstarten vanaf het netwerk in.

Dit item kan alleen worden geconfigureerd als Fast Boot is ingesteld op Enabled of Ultra Fast.

CSM Support

CMS-ondersteuning

Schakelt UEFI CSM (Compatibility Support Module) in of uit ter ondersteuning van een verouderd pc-opstartproces.

►►[Enabled] Ingeschakeld, schakelt UEFI CSM in.

►►[Disabled] Uitgeschakeld, schakelt UEFI CSM uit en ondersteunt alleen het UEFI BIOS-opstartproces.

LAN PXE Boot Option ROM 

LAN PXE opstartoptie-ROM

Hiermee kunt u selecteren of u de oudere optie-ROM voor de LAN-controller wilt inschakelen.

Dit item kan alleen worden geconfigureerd als CSM Support is ingesteld op [Enabled] Ingeschakeld.

– 11 –

Storage Boot Option Control

Opstart Optie voor opslag, hiermee kunt u selecteren of u het UEFI- of oudere optie-ROM voor de controller van het opslagapparaat wilt inschakelen.

►►[Disabled] Uitgeschakeld, schakelt optie-ROM uit.

►►[UEFI Only] Alleen UEFI Schakelt alleen de UEFI-optie ROM in.

►►[Legacy Only] Schakelt alleen de oudere optie ROM in.

Dit item kan alleen worden geconfigureerd als CSM Support CSM-ondersteuning is ingesteld op [Enabled] Ingeschakeld.

Other PCI Device ROM Priority 

Ander PCI-apparaat ROM-prioriteit

Hiermee kunt u selecteren of u de UEFI- of Legacy-optie-ROM voor de andere PCI-apparaatcontroller wilt inschakelen dan het LAN, het opslagapparaat en de grafische controllers.

►►[Disabled] Uitgeschakeld, schakelt optie-ROM uit.

►►[UEFI Only] Schakelt alleen de UEFI-optie ROM in.

►►[Legacy Only] Schakelt alleen de oudere optie ROM in.

Dit item kan alleen worden geconfigureerd als CSM Support CSM-ondersteuning is ingesteld op [Enabled] Ingeschakeld.

Administrator Password

Administrator wachtwoord

Hiermee kunt u een Administrator – beheerderswachtwoord configureren. Druk op [Enter] bij dit item, typ het wachtwoord en druk vervolgens op [Enter]. U wordt gevraagd het wachtwoord te bevestigen. Typ het wachtwoord opnieuw en druk op [Enter]. U moet het Administrator –  beheerderswachtwoord (of User – gebruikerswachtwoord) invoeren bij het opstarten van het systeem en bij het invoeren van de BIOS-instellingen. 

Anders dan het User – gebruiker wachtwoord, kunt u met het Administrator – beheerderswachtwoord wijzigingen aanbrengen in alle BIOS-instellingen.

User Password 

Gebruikerswachtwoord

Hiermee kunt u een User – gebruikerswachtwoord configureren. Druk op [Enter] bij dit item, typ het wachtwoord en druk vervolgens op [Enter]. U wordt gevraagd het wachtwoord te bevestigen. Typ het wachtwoord opnieuw en druk op [Enter].

U moet het Administrator – beheerderswachtwoord (of User – gebruikerswachtwoord) invoeren bij het opstarten van het systeem en bij het openen van het BIOS

Ingericht. Met het User – gebruiker wachtwoord kunt u echter alleen wijzigingen aanbrengen in bepaalde BIOS-instellingen, maar niet in alle.

Om het wachtwoord te annuleren, drukt u op [Enter] bij het wachtwoord item en wanneer u om het wachtwoord wordt gevraagd, drukt u op [Enter] eerst de juiste. Wanneer u om een ​​nieuw wachtwoord wordt gevraagd, drukt u op [Enter] zonder een wachtwoord in te voeren.

Druk nogmaals op [Enter] wanneer u wordt gevraagd om te bevestigen.

OPMERKING: Voordat u het User – gebruiker wachtwoord instelt, moet u eerst het Administrator  – beheerderswachtwoord instellen. 

Secure Boot 

Veilig opstarten, hiermee kunt u Secure Boot in- of uitschakelen en gerelateerde instellingen configureren. Dit item kan alleen worden geconfigureerd wanneer CSM Support CSM-ondersteuning is ingesteld op [Disabled] uitgeschakeld.

-12-

Peripherals

Randapparatuur

Afb.13 Gigabyte Randapparatuur.png

AMD CPU fTPM

AMD CPU fTPM

Schakelt de TPM 2.0-functie in of uit die is geïntegreerd in de AMD CPU.

Initial Display Output 

Initiële weergave-uitvoer, specificeert de eerste start van de monitorweergave via de geïnstalleerde PCI Express grafische, kaart of de ingebouwde grafische kaart.

►►[IGD Video] (Opmerking) Stelt de ingebouwde grafische weergave in als eerste scherm.

►►[PCIe 1 Slot] Stelt de grafische kaart op het PCIE X16-slot in als het eerste beeldscherm.

►►[PCIe 2 Slot] PCIe 2-sleuf Stelt de grafische kaart op het 2de PCIE X16-sleuf in als eerste beeldscherm.

HD Audio Controller

HD-audio controller

Schakelt de ingebouwde audio functie in of uit.

Als u een invoegtoepassing videokaart van derden wilt installeren in plaats van de ingebouwde audio te gebruiken, stelt u dit item in op

Above 4G Decoding 

Boven 4G-decodering Hiermee wordt de decodering van 64-bit-compatibele apparaten in een adresruimte van meer dan 4 GB in- of uitgeschakeld (alleen als uw systeem

ondersteunt 64-bit PCI-decodering). Stel in op Ingeschakeld als er meer dan één geavanceerde grafische kaart is geïnstalleerd en

hun stuurprogramma’s kunnen niet worden gestart bij het openen van het besturingssysteem (vanwege de beperkte 4 GB

geheugenadres ruimte).

Re-Size BAR Support 

Re-Size BAR-ondersteuning

Schakelt ondersteuning voor Resizable BAR in of uit.

Trusted Computing 2.0

Vertrouwd computergebruik 2.0 schakelt Trusted Platform Module (TPM) in of uit.

(Opmerking) Dit item is alleen aanwezig als u een CPU installeert die deze functie ondersteunt.

– 13 –

USB Configuration

USB-configuratie

USB-configuratie

Legacy USB Support 

Legacy USB-ondersteuning, maakt het gebruik van een USB-toetsenbord/muis in MS-DOS mogelijk.

XHCI Hand-off 

XHCI-overdracht, bepaalt of de XHCI Hand-off-functie moet worden ingeschakeld voor een besturingssysteem zonder XHCI Hand-off

steun.

USB Mass Storage Driver Support 

Ondersteuning voor USB-massaopslag stuurprogramma’s, schakelt ondersteuning voor USB-opslagapparaten in of uit.

Port 60/64-emulatie

Poort 60/64-emulatie, schakelt de emulatie van I/O-poorten 64h en 60h in of uit. Dit moet worden ingeschakeld voor volledige oudere ondersteuning voor USB-toetsenborden/muizen in MS-DOS of in een besturingssysteem dat standaard geen USB-apparaten ondersteunt.

Mass Storage Devices

Massaopslagapparaten, toont een lijst met aangesloten USB-apparaten voor massaopslag. Dit item verschijnt alleen als er een USB-opslagapparaat is geïnstalleerd.

APP Center Download & Install Configuration

APP Center Download, installatie en configuratie APP Center Download & Install 

APP-centrum Downloaden en installeren, hiermee kunt u bepalen of u GIGABYTE APP Center automatisch wilt downloaden en installeren nadat u dit hebt geopend het besturingssysteem. Zorg ervoor dat het systeem met internet is verbonden voordat u APP Center installeert.

Network Stack Configuration 

Netwerk Stapel Configuratie

Network Stack 

Netwerk Stapel, schakelt het opstarten vanaf het netwerk in of uit om een ​​besturingssysteem in GPT-indeling te installeren, zoals het installeren van het besturingssysteem de Windows Deployment Services-server.

Ipv4 PXE Support 

IPv4 PXE-ondersteuning, schakelt IPv4 PXE-ondersteuning in of uit. Dit item kan alleen worden geconfigureerd als Network Stack is ingeschakeld.

Ipv4 HTTP Support 

IPv4 HTTP-ondersteuning, schakelt HTTP-opstartondersteuning voor IPv4 in of uit. Dit item kan alleen worden geconfigureerd als Network Stack actief is ingeschakeld.

Ipv6 HTTP Support

IPv6 PXE-ondersteuning, schakelt IPv6 PXE-ondersteuning in of uit. Dit item kan alleen worden geconfigureerd als Network Stack is ingeschakeld.

Ipv6 HTTP Support 

IPv6 HTTP-ondersteuning, schakelt HTTP-opstartondersteuning voor IPv6 in of uit. Dit item kan alleen worden geconfigureerd als Network Stack actief is ingeschakeld.

PXE boot wait time 

PXE-opstart wachttijd, hiermee kunt u configureren hoe lang u moet wachten voordat u op <Esc> kunt drukken om het opstarten met PXE af te breken.

Media detect count 

Aantal media detectie, hiermee kunt u instellen hoe vaak de aanwezigheid van media moet worden gecontroleerd.

NVMe Configuration 

NVMe-configuratie, geeft informatie weer over uw M.2 NVME PCIe SSD, indien geïnstalleerd.

– 14 –

AMD CBS

AMD CBS, dit submenu biedt AMD CBS-gerelateerde configuratie opties.

Realtek PCIe 2.5GBE Family Controller

Realtek PCIe 2.5GBE-family controller, dit submenu biedt informatie over de LAN-configuratie en gerelateerde configuratie-opties.

– 15 –

Chipset

Chipset

Afb. Gigabyte 16 Chipset.png

IOMMU

Schakelt AMD IOMMU-ondersteuning in of uit.

Input – Output Memory Management Unit

Uit Wikipedia,

Vergelijking van het I/O-geheugenbeheer systeem (IOMMU) met het traditionele geheugen beheersysteem (MMU).

Een input–output memory management unit (IOMMU), letterlijk vertaald “een invoer-uitvoergeheugenbeheereenheid” is een geheugen beheersysteem (MMU) dat een I/O-bus met directe geheugentoegang verbindt met het geheugen van een computer. Waar een traditioneel geheugen beheersysteem directe toegang tot de CPU-zichtbare geheugenadressen mogelijk maakt, wijst IOMMU apparaat-zichtbare virtuele adressen toe.

Mogelijkheden

Een van de doelen van een IOMMU is om de geheugentoegang van apparaten die zijn aangesloten op een computer te virtualiseren. Hierdoor kan een dergelijk aangesloten apparaat enkel bij het geheugen dat speciaal is toegewezen, en niet bij de rest van het systeemgeheugen. Daarmee wordt voorkomen dat kwaadwillende apparaten gevoelige data zoals wachtwoorden en sleutels uit het werkgeheugen van een computer kunnen stelen.[2]

Verder maakt IOMMU het mogelijk om grote gebieden aan (gefragmenteerd) geheugen beschikbaar te stellen zonder dat dit geheugen fysiek opvolgend moet zijn.

Daarnaast kan IOMMU het mogelijk maken om apparaten met kleinere geheugenadres ruimte (bijvoorbeeld 32-bits apparatuur) te laten communiceren met geheugen van een systeem met een grotere geheugenadres ruimte.

PCIEX16 Bifurcation 

PCIE X16 Bifurcatie (Opmerking)

Hiermee kunt u bepalen hoe de bandbreedte van het PCIE X16-slot wordt verdeeld. Opties: [Auto], [PCIE 4×4].

Integrated Graphics

Geïntegreerde grafische kaart (Opmerking)

Schakelt de ingebouwde grafische functie in of uit.

►►[Auto] Het BIOS zal de ingebouwde grafische kaart automatisch in- of uitschakelen, afhankelijk van de

grafische kaart die wordt geïnstalleerd.

►►[Forces] Schakelt de ingebouwde graphics in.

►►[Disabled] Uitgeschakeld, schakelt de ingebouwde grafische kaart uit.

UMA Mode 

UMA-modus (Opmerking)

Geef de UMA-modus op.

►►[UMA Specified] UMA gespecificeerd Stelt de UMA-frame buffergrootte in.

►►[Auto] Stelt de weergaveresolutie in. Dit item kan alleen worden geconfigureerd als Integrated Graphics is ingesteld op [Forces].

UMA Frame Buffer Size 

UMA-frame buffergrootte (opmerking)

De framebuffer grootte is de totale hoeveelheid systeemgeheugen die uitsluitend is toegewezen aan de ingebouwde grafische controller.

MS-DOS gebruikt bijvoorbeeld alleen dit geheugen voor weergave. Opties zijn: [Auto], [64M~16G].

Dit item kan alleen worden geconfigureerd als UMA Mode is ingesteld op [UMA Specified].

Als je de grootte wilt instellen op 4G of hoger, zorg er dan voor dat je CSM Support eerst op [Disabled] Uitgeschakeld zet.

(Opmerking) Dit item is alleen aanwezig als u een CPU installeert die deze functie ondersteunt.

– 16 –

Display Resolution

Schermresolutie (Opmerking)

Hiermee kunt u de weergaveresolutie instellen. Opties zijn: Auto, 1920×1080 en lager, 2560×1600, 3840×2160.

Dit item kan alleen worden geconfigureerd als UMA Mode is ingesteld op [UMA Auto].

SATA Mode 

SATA-modus

►►[Raid] Schakelt RAID in of uit voor de SATA-controllers die in de chipset zijn geïntegreerd of configureert de SATA-controllers naar de AHCI-modus. RAID schakelt RAID in voor de SATA-controller.

►►[AHCI] AHCI configureert de SATA-controllers in de AHCI-modus. Geavanceerde host controller interface

(AHCI) is een interface specificatie waarmee het opslag stuurprogramma geavanceerd kan worden ingeschakeld

Seriële ATA-functies zoals Native Command Queuing en Hot-pluggable.

NVMe RAID mode (M2F_32G Connector) 

NVMe RAID-modus (M2F_32G-connector)

Hiermee kunt u bepalen of u uw M.2 NVMe PCIe SSD’s wilt gebruiken om RAID te configureren.

Chipset SATA Port Enable (SATA3 0, 1, 2, 3 Connectors) 

chipset SATA-poort inschakelen (SATA3 0, 1, 2, 3 connectoren)

Schakelt de geïntegreerde SATA-controllers in of uit.

Chipset SATA Port 0/1/2/3 (SATA3 0, 1, 2, 3 Connectors) Chipset SATA-poort 0/1/2/3 (SATA3 0, 1, 2, 3 connectoren)

Toont de informatie van de aangesloten SATA-apparaten.

(Opmerking) Dit item is alleen aanwezig als u een CPU installeert die deze functie ondersteunt.

– 17 –

Power settings

Power instellingen

Afb.18 Gigabyte Power.png

AC Back

AC TERUG, bepaalt de status van het systeem na terugkeer van de stroom na een stroomstoring.

►►[Memory] Geheugen, het systeem keert terug naar de laatst bekende wakker-status zodra de wisselstroom terugkeert.

►►[Always On] Altijd aan, het systeem wordt ingeschakeld zodra de wisselstroom terugkeert.

►►[Always Off] Altijd uit, het systeem blijft uitgeschakeld als de netvoeding terugkeert.

Power On By Keyboard 

Aanzetten via toetsenbord, hiermee kan het systeem worden ingeschakeld door een activeringstoets van het PS/2-toetsenbord.

Opmerking: om deze functie te gebruiken heeft u een ATX-voeding nodig die minimaal 1A levert op de +5VSB-kabel.

►►[Disabled] Uitgeschakeld, schakelt deze functie uit.

►►[Password] Wachtwoord, stel een wachtwoord in van 1 – 5 tekens om het systeem in te schakelen.

►►[Keyboard 98] Toetsenbord 98, druk op de POWER-knop op het Windows 98-toetsenbord om het systeem in te schakelen.

►►[Any Key] Elke toets, druk op een willekeurige toets om het systeem in te schakelen.

Power On Password

Inschakel Wachtwoord

Stel het wachtwoord in als Inschakelen via toetsenbord is ingesteld op Wachtwoord.

Druk op [Enter] bij dit item en stel een wachtwoord in van maximaal 5 tekens en druk vervolgens op [Enter]  om te accepteren.

Om het systeem in te schakelen, voert u het wachtwoord in en drukt u op [Enter] .

Opmerking: Om het wachtwoord te annuleren, drukt u op [Enter]  bij dit item. Wanneer u om het wachtwoord wordt gevraagd, drukt u op [Enter] opnieuw zonder het wachtwoord in te voeren om de wachtwoordinstellingen te wissen.

Power On By Mouse 

Aanzetten via muis, hiermee kan het systeem worden ingeschakeld door een ontwaakt gebeurtenis van de PS/2-muis.

Opmerking: om deze functie te gebruiken heeft u een ATX-voeding nodig die minimaal 1A levert op de +5VSB-kabel.

►►[Disabled] Uitgeschakeld, schakelt deze functie uit.

►►[Move] Verplaatsen, beweeg de muis om het systeem in te schakelen.

►►[Double Click] Dubbelklikken, dubbelklik op de linkerknop van de muis om het systeem in te schakelen.

– 18 –

ErP

ErP, Energy-related Products ErP betekent energiegerelateerde producten en heeft betrekking op de EU-militaregels die gelden voor een verscheidenheid aan elektronica, waaronder pc’s.

Je hebt echter geen kennis van de EU-wetgeving nodig om ErP te begrijpen; in de context van pc’s heeft het een heel specifieke betekenis.

Op de pc zorgt het inschakelen van een ErP-modus of het gebruik van een ErP Ready-instelling ervoor dat uw pc de stroomtoevoer naar alle componenten afsluit wanneer de pc is uitgeschakeld, waardoor het totale energieverbruik wordt verlaagd tot 1 Watt of minder wanneer uw pc is uitgeschakeld.

Bepaalt of het systeem het minste stroom moet verbruiken in de S5-status (afsluiten). Let op: Wanneer dit item is ingesteld op [Enabled] Ingeschakeld, zijn de volgende functies niet meer beschikbaar: Hervatten bij alarm, inschakelen met de muis en inschakelen via het toetsenbord.

Soft-Off by PWR-BTTN 

Soft-Off van PWR-BTTN, configureert de manier waarop de computer in MS-DOS-modus wordt uitgeschakeld met de aan/uit-knop.

►►[Instant-Off] Direct uitschakelen, druk op de aan/uit-knop en het systeem wordt onmiddellijk uitgeschakeld.

►►[Delay 4 Sec] Vertraging van 4 sec., houd de aan/uit-knop 4 seconden ingedrukt om het systeem uit te schakelen. Als de knop korter dan 4 seconden wordt ingedrukt, gaat het systeem naar de slaapstand.

Resume by Alarm 

Hervatten bij alarm

Bepaalt of het systeem op een gewenst tijdstip moet worden ingeschakeld.

Indien ingeschakeld, stelt u de datum en tijd als volgt in:

►►[Wake up Day] Wek dag: Schakel het systeem elke dag op een specifiek tijdstip of op een specifieke dag in een maand in.

►►[Wake up hour/minute/secondektijd uur/minuut/seconde] Stel het tijdstip in waarop het systeem automatisch wordt ingeschakeld.

Opmerking: Vermijd bij het gebruik van deze functie een onjuiste afsluiting van het besturingssysteem of bij het verlies van de Netstroom is/zijn deze instelling(en) mogelijk niet effectief.

Wake on LAN 

Schakelt de wake on LAN-functie in of uit.

High Precision Event Timer 

Hoge precisie evenementen timer, schakelt High Precision Event Timer (HPET) in het besturingssysteem in of uit.

CEC 2019 Ready 

CEC 2019 Klaar, hiermee kunt u selecteren of u wilt dat het systeem het energieverbruik aanpast wanneer het is uitgeschakeld, inactief, of standby-status om te voldoen aan de CEC (California Energy Commission) 2019-normen.

– 19 –

Save & Exit

Opslaan afsluiten

Afb.20 Gigabyte Save & Exit.png

Save & Exit Setup 

Opslaan & Installatie afsluiten, druk op [Enter] bij dit item en selecteer [Yes] Ja. Hierdoor worden de wijzigingen in de CMOS opgeslagen en wordt de BIOS Setup afgesloten programma.

Selecteer [No] Nee of druk op [Esc] om terug te gaan naar het hoofdmenu van BIOS Setup.

Exit Without Saving

Afsluiten zonder op te slaan, druk op [Enter] bij dit item en selecteer [Yes] Ja. Hiermee wordt de BIOS Setup afgesloten zonder de aangebrachte wijzigingen op te slaan in BIOS Setup naar de CMOS.

Selecteer [No] Nee of druk op [Esc] om terug te gaan naar het hoofdmenu van BIOS Setup.

Load Optimized Defaults 

Geoptimaliseerde standaardinstellingen laden, druk op [Enter] bij dit item en selecteer [Yes] Ja om de optimale BIOS-standaardinstellingen te laden. Het BIOS Optimized Defaults, geoptimaliseerde instellingen helpen het systeem in optimale staat te laten werken.

Laad altijd de geoptimaliseerde standaardwaarden na het updaten van het BIOS of na het wissen van de CMOS-waarden.

Boot Override 

Opstarten negeren, hiermee kunt u een apparaat selecteren om onmiddellijk op te starten. Druk op [Enter] op het apparaat dat u selecteert en selecteer [Yes], Ja om te bevestigen. Uw systeem wordt automatisch opnieuw opgestart en vanaf dat apparaat opgestart.

Save Profiles 

Profielen opslaan, met deze functie kunt u de huidige BIOS-instellingen in een profiel opslaan. U kunt maximaal 8 profielen aanmaken en opslaan als Installatieprofiel 1 t/m Installatieprofiel 8. 

Druk op [Enter] om te voltooien. Of u selecteert Bestand selecteren in HDD/FDD/USB om het profiel op uw opslagapparaat op te slaan.

Load Profiles

Laadprofielen

Als uw systeem instabiel wordt en u de BIOS-standaardinstellingen hebt geladen, kunt u deze functie gebruiken om de BIOS-instellingen te laden vanuit een eerder aangemaakt profiel, zonder het gedoe van het opnieuw configureren van de BIOS instellingen. Selecteer eerst het profiel dat u wilt laden en druk vervolgens op [Enter] om te voltooien. U kunt het bestand op HDD/FDD/USB selecteren om het eerder gemaakte profiel van uw opslagapparaat in te voeren of te laden of de automatisch door het BIOS gemaakte profielen, zoals bij het terugzetten van de BIOS-instellingen naar de laatst werkende instellingen correct instellingen (laatst bekende goed werkende).

Voor u geschreven door Gerard Nouwen, met dank aan Gigabyte en WikipediA.

– 20 –